Deel 4: Dilemma
Er moest geen slaapzak bovengehaald worden. Vanwege Ida's zwangerschap had Michael besloten met haar een huisje te kopen, waar ze als gezin konden leven. Het kwam onverwachts, maar iedereen vond het schitterend. Bleek hij toch al vrij snel gesetteld te zijn, op een leeftijd van tweeëntwintig jaar.
Acropora woonde dus bij Learco. Het was wennen, maar het bleek goed te klikken tussen de twee. Tenslotte waren ze - wat voor Acropora niet zo te verwonderen is- allebei verzot op zwemmen en duiken. Learco vond een zeemeermin, een volwassen exemplaar, in huis ook simpelweg interessant. "Mooie staart heb je", complimenteerde hij al eens.
Acropora woonde dus bij Learco. Het was wennen, maar het bleek goed te klikken tussen de twee. Tenslotte waren ze - wat voor Acropora niet zo te verwonderen is- allebei verzot op zwemmen en duiken. Learco vond een zeemeermin, een volwassen exemplaar, in huis ook simpelweg interessant. "Mooie staart heb je", complimenteerde hij al eens.
Dat had nog vreemder geklonken moest ze geen zeemeermin zijn. Even later vroeg hij om te duiken, waarop haar reactie een pak enthousiaster was. "Ja!" zei ze en dook naar beneden, de diepte in.
Learco kwam even later ook naar beneden en zag de zeemeermin sierlijk door het water bewegen. Het had iets, die manier van zwemmen. Hij had het - voor die op mysterieuze wijze verdween - al gezien bij Triton, maar het was toch anders bij een knappe, jonge vrouw dan bij een oude man. "Niet zo snel!" gebaarde hij. Gniffelend begon Acropora sneller te zwemmen.
Learco kwam even later ook naar beneden en zag de zeemeermin sierlijk door het water bewegen. Het had iets, die manier van zwemmen. Hij had het - voor die op mysterieuze wijze verdween - al gezien bij Triton, maar het was toch anders bij een knappe, jonge vrouw dan bij een oude man. "Niet zo snel!" gebaarde hij. Gniffelend begon Acropora sneller te zwemmen.
Acropora woonde intussen al een half jaar bij hem, maar het leek veel meer. In het begin was Acropora over het algemeen gezien erg gesloten en stil geweest, bijna onzichtbaar zelfs. Maar naarmate de maanden verstreken begon ze werkelijk open te bloeien. Ze waagde het zelfs met hem en Dendronephtya te gaan wandelen. Zo begonnen ook Learco's gevoelens over haar te veranderen, alhoewel hij haar stiekem nog steeds niet helemaal vertrouwde.
"Maak jij nu pannenkoeken?" Learco kwam juist uit de badkamer wanneer hij de geur opmerkte. Sinds wanneer kan een zeemeermin die pas een week boven water leeft koken?
"Ja", knikte ze droog. "Ik kan meer dan je denkt", zei ze en gooide de pannenkoek omhoog, die even later mooi terug in de pan landde.
"Voor wie maak je ze? Ik dacht dat jij niet op normaal eten overleefde", zei Learco. "Voor wie wilt. Ik hou gewoon van koken, hoewel ik er niet veel van heb. Je hebt toch nog niet ontbeten?"
Learco knikte verdwaasd. Hij kon zich niet herinneren dat er iemand - behalve Michael die er geen enkele moeite voor hoeft te doen - iets voor hem klaarmaakte. "Bedankt. Ja, ik heb nog niet ontbeten. Er licht trouwens nog wat zeewier in de koelkast."
"Maak jij nu pannenkoeken?" Learco kwam juist uit de badkamer wanneer hij de geur opmerkte. Sinds wanneer kan een zeemeermin die pas een week boven water leeft koken?
"Ja", knikte ze droog. "Ik kan meer dan je denkt", zei ze en gooide de pannenkoek omhoog, die even later mooi terug in de pan landde.
"Voor wie maak je ze? Ik dacht dat jij niet op normaal eten overleefde", zei Learco. "Voor wie wilt. Ik hou gewoon van koken, hoewel ik er niet veel van heb. Je hebt toch nog niet ontbeten?"
Learco knikte verdwaasd. Hij kon zich niet herinneren dat er iemand - behalve Michael die er geen enkele moeite voor hoeft te doen - iets voor hem klaarmaakte. "Bedankt. Ja, ik heb nog niet ontbeten. Er licht trouwens nog wat zeewier in de koelkast."
Hij wist niet hoe of wat maar Acropora en ook Dendronephtya, een naam waar hij ondertussen mee had leren leven, beïnvloedden hem. Goed, slecht, maakt niet uit. Ze lieten hem in ieder geval dingen doen die hij een aantal jaar geleden meteen in het belachelijke zou getrokken hebben. Ze leken een echt gezin, hij, de kleuter en de zeemeermin. Dendronephtya liet hem van kinderen houden, Acropora van mensen. En vooral van...Haar. Iets wat hem vrij vreemd voorkwam.
"Dit is vreemd", deelde hij plots mee. Hij was samen met Tya een boekje voor kleuters aan het lezen. "Ik die een kind iets voorlees, ik haat kinderen."
"Weet je dat zeker? Je doet het schitterend met haar."
"Ik hou niet zo van mensen..." Acropora lachte. "Ik ook niet. Maar bij mij is het niet mijn eigen soort. Zeg, ben jij eigenlijk ooit verliefd geweest?"
Het was Learco die de nogal ongemakkelijke vraag weglachte. Hij haatte dit gesprek. "Nee. Ik wordt niet snel verliefd blijkbaar...Romantiek interesseert me ook niet echt."
"Romantiek is toch mooi? Lange strandwandelingen, een romantisch dineetje bij kaarslicht..."
"Wat weet jij nu van kaarsen? Die branden niet onderwater, en had jij je man niet vermoord?"
Blijkbaar geraakt door die vraag sloef Acropora haar boek dicht. "Zin om te gaan duiken?" vroeg ze. Learco zei dan maar ja.
"Weet je dat zeker? Je doet het schitterend met haar."
"Ik hou niet zo van mensen..." Acropora lachte. "Ik ook niet. Maar bij mij is het niet mijn eigen soort. Zeg, ben jij eigenlijk ooit verliefd geweest?"
Het was Learco die de nogal ongemakkelijke vraag weglachte. Hij haatte dit gesprek. "Nee. Ik wordt niet snel verliefd blijkbaar...Romantiek interesseert me ook niet echt."
"Romantiek is toch mooi? Lange strandwandelingen, een romantisch dineetje bij kaarslicht..."
"Wat weet jij nu van kaarsen? Die branden niet onderwater, en had jij je man niet vermoord?"
Blijkbaar geraakt door die vraag sloef Acropora haar boek dicht. "Zin om te gaan duiken?" vroeg ze. Learco zei dan maar ja.
Het was al donker wanneer ze eindelijk in het water waren. Er hing de gebruikelijke, lugubere sfeer van de nachtelijke duikuitjes. Maar dit was anders. Acropora was bij hem, een vrouw die zou moeten weten hoe te overleven tussen de haaien om negen uur 's avonds, op een plek waar er zelfs overdag niet al te veel licht komt.
"Haai, achter je", riep Acropora hem toe. Juist ja, zij kon gewoon praten onder water.
Learco draaide zich om en inderdaad, er stond een van die rotbeesten op het punt hem aan te vallen. Zo veilig voelde hij er zich toch niet.
"Komt ervan als je vis bij je houdt", zei ze en zwom toen sierlijk verder.
"Haai, achter je", riep Acropora hem toe. Juist ja, zij kon gewoon praten onder water.
Learco draaide zich om en inderdaad, er stond een van die rotbeesten op het punt hem aan te vallen. Zo veilig voelde hij er zich toch niet.
"Komt ervan als je vis bij je houdt", zei ze en zwom toen sierlijk verder.
Hij ving vissen, raapte schelpen op, zwom gewoon wat rond en verkende een grot. Dat alles nam een paar uur in beslag en tegen dat moment was zijn zuurstof op. "Gaan we terug naar boven?" vroeg hij gebarend aan Acropora. Het zou toch wel handig zijn moest hij ook kunnen praten onder water. "Nee, ik moet nog wat zaken regelen", antwoordde ze kortaf en zwom weg. Vreemd, hij dacht dat ze niks meer met de onderwaterwereld te maken wou hebben. Dat zei ze toch.
Hij ging terug naar de wateroppervlak, douchte zich en kroop in bed.
De volgende ochtend merkte hij, na een frisse duik in het water, dat Acropora nog niet terug was. "Vreemd", dacht hij een seconde lang, schoof toen alle nare gedachten aan de kant, haalde Dendronephtya uit haar bedje en begon de krant te lezen.
Plots zag hij een opmerkelijke titel.
Mysterieuze moord jaagt buurtbewoners angst aan.
Op één van de prachtige eilanden, de locatie mag niet vrijgegeven worden, is vanochtend het lijk gevonden van een jonge vrouw. Door de zware verminkingen is er tot nu toe niet veel geweten over de vrouw haar identiteit. Alles wijst op moord, de vrouw zou 's nachts bruut van het leven beroofd zijn, van de dader is echter nog geen spoor.
Op de plaats delict werd er onder andere veel water aangetroffen en een paars haar, uitlopend tot geel aan de punten.
Denkt u iets te weten over het slachtoffer en/of de mogelijke moordenaar.../
Toen legde hij acuut de krant opzij en ging naar de keuken om een van Acropora's pannenkoeken te eten. De enige met paarsgeel haar die hij kende.
De volgende ochtend merkte hij, na een frisse duik in het water, dat Acropora nog niet terug was. "Vreemd", dacht hij een seconde lang, schoof toen alle nare gedachten aan de kant, haalde Dendronephtya uit haar bedje en begon de krant te lezen.
Plots zag hij een opmerkelijke titel.
Mysterieuze moord jaagt buurtbewoners angst aan.
Op één van de prachtige eilanden, de locatie mag niet vrijgegeven worden, is vanochtend het lijk gevonden van een jonge vrouw. Door de zware verminkingen is er tot nu toe niet veel geweten over de vrouw haar identiteit. Alles wijst op moord, de vrouw zou 's nachts bruut van het leven beroofd zijn, van de dader is echter nog geen spoor.
Op de plaats delict werd er onder andere veel water aangetroffen en een paars haar, uitlopend tot geel aan de punten.
Denkt u iets te weten over het slachtoffer en/of de mogelijke moordenaar.../
Toen legde hij acuut de krant opzij en ging naar de keuken om een van Acropora's pannenkoeken te eten. De enige met paarsgeel haar die hij kende.
Hij had er een slecht gevoel bij. Een zeer slecht gevoel...En hij had het kunnen weten. Zoals hij de vorige dag nog maar tegen haar had gezegd: ze was totaal vrijwillig weduwe geworden, of ze had beter gezegd haar man en de vader van dat schattige monstertje genaamd Dendronephtya vermoord. Die vrouw kende geen schuldgevoel en hij begon flink te twijfelen aan haar oprechtheid.
Dat nam niet weg dat hij wel degelijk, voor de eerste keer in haar leven, gevoelens voor haar had. Een gewetenloze moordenares, waarschijnlijk.
Voor het moment ging hij haar niet gaan zoeken. Hij wou niet met haar geconfronteerd worden, haar schoonheid zien en tegelijk het gezicht van een crimineel. Hij stapte dan maar in zijn kleine boot en ging naar een verlaten strandje, de eenzaamheid opzoekend.
Dat nam niet weg dat hij wel degelijk, voor de eerste keer in haar leven, gevoelens voor haar had. Een gewetenloze moordenares, waarschijnlijk.
Voor het moment ging hij haar niet gaan zoeken. Hij wou niet met haar geconfronteerd worden, haar schoonheid zien en tegelijk het gezicht van een crimineel. Hij stapte dan maar in zijn kleine boot en ging naar een verlaten strandje, de eenzaamheid opzoekend.
Die eenzaamheid mocht niet lang duren. Naarmate de dag verliep begon het ooit verlaten strand alsmaar meer vol te lopen met mensen, en zo dus ook toeschouwers. Hij hield van musiceren en het geld dat mensen als fooi geven, maar dit was eerder het type publiek dat zo hard applaudisseert dat hij zichzelf niet meer hoorde en verzoekjes deed die niet bepaald binnen zijn genre lagen.
Iets anders dus. Sinds kort stond hier een bar en hij besloot dus aan de slag te gaan, en van het nog vrij leuk ook. Spijtig genoeg was het achtergrondgeluid iets minder. "Heb jij al gehoord van die moord op die jongedame?" vroeg een vrouw aan een van de andere strandgangers.
"Ja, vanochtend gelezen in de krant. Is ze al geïdentificeerd?"
"Nee, haar gezicht is helemaal verminkt. Het arme kind..."
Iets anders dus. Sinds kort stond hier een bar en hij besloot dus aan de slag te gaan, en van het nog vrij leuk ook. Spijtig genoeg was het achtergrondgeluid iets minder. "Heb jij al gehoord van die moord op die jongedame?" vroeg een vrouw aan een van de andere strandgangers.
"Ja, vanochtend gelezen in de krant. Is ze al geïdentificeerd?"
"Nee, haar gezicht is helemaal verminkt. Het arme kind..."
"Hé, daar staat die Learco! De zoon van Aoife en Gabriel, weet je wel" fluisterde een andere vrouw tegen een man met een bruin staartje. "Ja, ik zie het...Wat is er met hem?"
"Toen ik enkele dagen geleden voorbij zijn woonboot voer zag ik op het terras een zeemeermin, een paarse, met paarsgeel haar..."
"Dat zijn toch dezelfde kleuren als van het haar dat op de plaats van die moord is gevonden?"
"Exact. Ik heb die Learco nooit vertrouwd, nooit thuis...En zie nu, een moordenares onderdak geven!"
En zo ging het nog een hele tijd verder. Learco zelf werd er vrij moedeloos van, het was toch niet zijn schuld dat Acropora dat had gedaan? Het was niet eens zeker...
"Toen ik enkele dagen geleden voorbij zijn woonboot voer zag ik op het terras een zeemeermin, een paarse, met paarsgeel haar..."
"Dat zijn toch dezelfde kleuren als van het haar dat op de plaats van die moord is gevonden?"
"Exact. Ik heb die Learco nooit vertrouwd, nooit thuis...En zie nu, een moordenares onderdak geven!"
En zo ging het nog een hele tijd verder. Learco zelf werd er vrij moedeloos van, het was toch niet zijn schuld dat Acropora dat had gedaan? Het was niet eens zeker...
Het kon nog erger. Een bruinharige jongedame wandelde naar de bar waar Learco was, snauwde cru "Moordenaar!" en wandelde vervolgens gewoon terug weg, alsof het de normaalste zaak van de wereld was om iemand onschuldig als een baby - in deze zaak dan toch - moordenaar te noemen. "Ik heb niks mee die zaak te maken", mompelde hij nog terug, maar de vrouw was al met iemand anders aan het praten.
Hij kon niet zeggen dat het hem niks deed. Hij was al vaker in vuile zaakjes verwikkeld geweest, nooit had hij zich iets van het gebruikelijke geroddel aangetrokken. Maar dit, dit was anders. Ten eerste, hij had er eigenlijk niks mee te maken. Ten tweede, het was niet zeker of dat Acropora er wél iets mee te maken had. Ten derde, hij hield nog steeds van haar en vond het niet leuk als er slecht over 'die paarse vrouw die bij Learco Alfredo woont' gepraat werd.
Hij kon niet zeggen dat het hem niks deed. Hij was al vaker in vuile zaakjes verwikkeld geweest, nooit had hij zich iets van het gebruikelijke geroddel aangetrokken. Maar dit, dit was anders. Ten eerste, hij had er eigenlijk niks mee te maken. Ten tweede, het was niet zeker of dat Acropora er wél iets mee te maken had. Ten derde, hij hield nog steeds van haar en vond het niet leuk als er slecht over 'die paarse vrouw die bij Learco Alfredo woont' gepraat werd.
Hij deed nog snel boodschappen - daar het stiekeme gefluister zo veel mogelijk de rug toekerend - en ging toen naar de woonboot. Learco sloeg de deur achter zich toe en trof daar Acropora aan, die haar dochtertje juist naar bed deed. "Ben je daar eindelijk? Waar was jij vannacht? Ik hoop dat je al gehoord hebt dat ze naar je zoeken? Een haar op de plaats van de misdaad is meestal niet erg veelzeggend, maar in jouw geval bewijst het erg veel", hij probeerde sterk en vastberaden te klinken, maar hij stierf vanbinnen.
"Wat bazel jij nu allemaal? Ja, sorry, ik ben onder water gebleven...Het is nog altijd waar ik thuishoor weet je. En nee, ik heb van geen moord gehoord. En moest je het willen weten, paars haar met hier en daar wat geel is niet extreem zeldzaam bij zeemeerminnen",
"Sorry, ik dacht dat je het had gekleurd. Dat had je me een paar dagen geleden gezegd..."
"Veel zeemeerminnen kleuren hun haar geel, met het doel tot blond te komen en zo menselijker te lijken. Ik zou willen als je erover ophoudt", ze gaf Dendronephtya nog een laatste kus op haar voorhoofdje en wandelde toen naar Learco, die met stomheid geslagen in de deuropening stond.
"Wat bazel jij nu allemaal? Ja, sorry, ik ben onder water gebleven...Het is nog altijd waar ik thuishoor weet je. En nee, ik heb van geen moord gehoord. En moest je het willen weten, paars haar met hier en daar wat geel is niet extreem zeldzaam bij zeemeerminnen",
"Sorry, ik dacht dat je het had gekleurd. Dat had je me een paar dagen geleden gezegd..."
"Veel zeemeerminnen kleuren hun haar geel, met het doel tot blond te komen en zo menselijker te lijken. Ik zou willen als je erover ophoudt", ze gaf Dendronephtya nog een laatste kus op haar voorhoofdje en wandelde toen naar Learco, die met stomheid geslagen in de deuropening stond.
"Wie is het dan wel? Er is iemand vermoord, een jonge vrouw. Op de plaats waar ze haar hebben gevonden hebben ze waterplassen en een paarsgeel haar aangetroffen", Acropora stond nu vlak voor hem en alle moed en vastberadenheid van voordien was als sneeuw voor de zon verdwenen. "Iedereen op de eilanden heeft het erover, iedereen. Kan je tenminste geen tips geven over de mogelijke daders?"
"Zoals ik al zei: Myrddin had nog veel aanhangers, het kan iedereen geweest zijn",
Hij geloofde haar. Hij kon zich niet inbeelden dat zij in koelen bloede iemand zou vermoorden, Myrddin was een uitzondering.
Het maakte alles ook veel te gecompliceerd, het kon maar beter zijn zoals het een paar dagen voordien nog was: hij die verliefd was op de oogverblindende zeemeermin die sinds een tijdje zijn huisgenote was.
"Zoals ik al zei: Myrddin had nog veel aanhangers, het kan iedereen geweest zijn",
Hij geloofde haar. Hij kon zich niet inbeelden dat zij in koelen bloede iemand zou vermoorden, Myrddin was een uitzondering.
Het maakte alles ook veel te gecompliceerd, het kon maar beter zijn zoals het een paar dagen voordien nog was: hij die verliefd was op de oogverblindende zeemeermin die sinds een tijdje zijn huisgenote was.
Toen gebeurde het voorspelbare onvoorspelbare. Hij kuste haar, hij kuste haar gewoon. Geen onschuldig en vluchtig kusje, een heftige, erg onhandige zoen van iemand die lichtjes onbewust eindelijk een besluit had genomen. Iedereen weet toch al van haar bestaan af, en iedereen haat me sowieso al.
Totaal overdonderd duwde Acropora haar huisbaas terug van zich af. Die deinsde meteen terug en stamelde een paar duizend keer sorry, alvorens de glimlach te zien die op het gezicht van de zeemeermin was verschenen. "Is niet erg hoor," zei ze, "Leuk zelfs. Erg leuk. Onhandig en vrij nat maar leuk. Ik vroeg me al af wanneer je het je eindelijk zou wagen."
Learco grinnikte. "Sorry. Ik ben drieëntwintig jaar en jij bent de eerste vrouw die ik dan toch eens aanraak, Veel ervaring heb ik dus niet... Je zou je vereerd moeten voelen." Lief glimlachend staarde hij haar aan, Acropora, de eerste vrouw in zijn leven en meteen ook dé vrouw van zijn leven.
"Ik ben vereerd. Erg vereerd zelfs",
Learco grinnikte. "Sorry. Ik ben drieëntwintig jaar en jij bent de eerste vrouw die ik dan toch eens aanraak, Veel ervaring heb ik dus niet... Je zou je vereerd moeten voelen." Lief glimlachend staarde hij haar aan, Acropora, de eerste vrouw in zijn leven en meteen ook dé vrouw van zijn leven.
"Ik ben vereerd. Erg vereerd zelfs",
Terwijl de kleine Dendronephtya verder sliep merkte ze niks op van de gebeurtenissen die zich tussen haar moeder en adoptievader afspeelden.