Deel 5: Bindingsprobleem
Verward maakte Learco zich los uit Acropora's armen, klom zo vlug mogelijk op de paal om naar boven te gaan en kroop snel in zijn deel van het stapelbed, het hoge bed.
Verontwaardigd volgde Acropora hem even later en viel, teleurgesteld, als een blok in slaap.
Wanneer ze hem de volgende ochtend terugvond zat hij cornflakes te eten. Hij sloeg helemaal geen acht op Acropora die het terras op wandelde. "Ik sta hier, naast je, we hebben gisterenavond gekust, weet je nog?" ze keek hem doordringend aan, een antwoord afwachtend. Maar er bleek geen reactie van zijn kant te komen.
"Learco..."
Verontwaardigd volgde Acropora hem even later en viel, teleurgesteld, als een blok in slaap.
Wanneer ze hem de volgende ochtend terugvond zat hij cornflakes te eten. Hij sloeg helemaal geen acht op Acropora die het terras op wandelde. "Ik sta hier, naast je, we hebben gisterenavond gekust, weet je nog?" ze keek hem doordringend aan, een antwoord afwachtend. Maar er bleek geen reactie van zijn kant te komen.
"Learco..."
In een fractie van een seconde legde Learco zijn lepel naar, stond op, duwde zijn stoel woest terug onder de tafel en keek Acropora aan. "Dat was een vergissing. Ik wil geen relatie. Nooit gewild, niet nu, nooit. Zeker niet met een paars schepsel",
Onthutst staarde Acropora hem aan. "Learco, wat zeg je nu...? Sorry, ik...Maar gisterenavond..."
"Vergissing. Ik ben niet gemaakt voor relaties."
Hij pakte snel een boek en ging op de bank zitten.
Onthutst staarde Acropora hem aan. "Learco, wat zeg je nu...? Sorry, ik...Maar gisterenavond..."
"Vergissing. Ik ben niet gemaakt voor relaties."
Hij pakte snel een boek en ging op de bank zitten.
Even later kwam de zeemeermin bij hem zitten. Stil, bijna fluisterend, zei ze zijn naam."Learco..." geen reactie, helaas.
"Learco, luister naar me. Ik weet dat je het moeilijk hebt met relaties, dat heb ik wel al door. Maar je houdt van me en dat weet je en alsjeblieft doe niet zo kinderachtig."
"Klopt. Mijn excuses. Kunnen we het nu over iets anders hebben?"
"Nee, je hebt een probleem en daar moet over gepraat worden."
"Inderdaad, ooit. Maar nu niet."
"Learco, luister naar me. Ik weet dat je het moeilijk hebt met relaties, dat heb ik wel al door. Maar je houdt van me en dat weet je en alsjeblieft doe niet zo kinderachtig."
"Klopt. Mijn excuses. Kunnen we het nu over iets anders hebben?"
"Nee, je hebt een probleem en daar moet over gepraat worden."
"Inderdaad, ooit. Maar nu niet."
Learco leek zo zeker van zijn zaak toen hij terug het boek pakte waar hij even voordien nog in verzonken was. Het lukte hem, Acropora zweeg en zat verveeld met haar voeten op de grond te trappelen. Na vier minuten van absolute verveling - aan beide kanten - legde hij het boek terug neer. "Ik ga gaan duiken", zei Acropora op exact hetzelfde moment.
Haar plannen werden meteen verstoord wanneer Learco het duidelijk maakte dat hij dat niet kon toestaan en zijn arm om haar sloeg. "Blijf nog even zitten", fluisterde hij en kuste haar. "Sorry. Mijn tweede naam is warhoofd. Ik hou van paarse schepsels zoals jij",
Haar plannen werden meteen verstoord wanneer Learco het duidelijk maakte dat hij dat niet kon toestaan en zijn arm om haar sloeg. "Blijf nog even zitten", fluisterde hij en kuste haar. "Sorry. Mijn tweede naam is warhoofd. Ik hou van paarse schepsels zoals jij",
Beiden begrepen het niet helemaal. Op tien minuten tijd hadden Learco en Acropora zowel staan discussiëren als op de bank zitten vrijen, Acropora overdonderd en Learco de verwarring zelve. Hij bleef erbij dat hij geen relatie wou, dat het simpelweg niet ging. Maar hij kon zijn gevoelens voor het prachtige 'paarse schepsel' niet negeren.
Ze gingen die dag, zoals altijd, duiken. Met een nieuw duikpak voor Learco, een ouderwets exemplaar. Voor veel duikers geen slim idee wegens het feit dat het dus oud en slechter ontwikkeld is, maar Learco was als profduiker wel al ervaren genoeg met de gevaarlijke diepten van de oceaan.
Acropora was minder dik ingepakt. Een geschubde vissenstaart en twee schelpen op haar borsten was haar gebruikelijke outfit in het water.
Ze gingen die dag, zoals altijd, duiken. Met een nieuw duikpak voor Learco, een ouderwets exemplaar. Voor veel duikers geen slim idee wegens het feit dat het dus oud en slechter ontwikkeld is, maar Learco was als profduiker wel al ervaren genoeg met de gevaarlijke diepten van de oceaan.
Acropora was minder dik ingepakt. Een geschubde vissenstaart en twee schelpen op haar borsten was haar gebruikelijke outfit in het water.
Learco vond het, zoals altijd, fantastisch. Spijtig dat hij er niet gewoon kon leven. Hij is nu eenmaal geen zeemeerman.
Wanhopig probeerde hij dan maar de zeemeermin bij te houden.
Wanhopig probeerde hij dan maar de zeemeermin bij te houden.
"Ik ga terug naar de woonboot", zij Learco op een bepaald moment en zwom naar boven.
Hij ging echter niet rechtstreeks naar de woonboot, maar voer rond met zijn speedboot. Hij moest nadenken - nadenken over wat Acropora en Dendronephtya in zijn leven zouden gaan betekenen. Dendronephtya was als zijn kind voor hem, hij haatte kinderen. Zei hij. Acropora was de vrouw van zijn leven, maar hij was vastbesloten dat hij geen relatie wou.
Hij ging echter niet rechtstreeks naar de woonboot, maar voer rond met zijn speedboot. Hij moest nadenken - nadenken over wat Acropora en Dendronephtya in zijn leven zouden gaan betekenen. Dendronephtya was als zijn kind voor hem, hij haatte kinderen. Zei hij. Acropora was de vrouw van zijn leven, maar hij was vastbesloten dat hij geen relatie wou.
Hij zwom nog wat, snorkelde, stopte op een verlaten strandje waar hij zijn gitaar of schetsboek bovenhaalde, maar werkelijk terugkeren naar de woonboot deed hij niet. "Het kan niet erger worden", dacht hij juist, wanneer hij op een van die 'verlaten' strandjes niemand anders dan zijn zus tegenkwam. Het was donker en ze stonden in de schaduwen, maar zelfs als hij alleen maar de glans van haar bruingroene ogen zag en haar lichtblauwe zwemkleding wist hij dat zij het was.
"Nog zo laat op pad, broer? Lang geleden dat ik jou heb gezien", zei Louise.
"Spreek voor jezelf. Volgens mij maken mama en papa zich ongerust over hun oh-zo perfecte dochter",
"Ik ben vierentwintig. Jij was zestien toen jij vroeger continu nergens te bekennen was",
"Ik ben niet zo onafhankelijk van mammie en pappie. Je bent trouwens nat...? Ik dacht dat ons angsthaasje van de familie bang was voor water",
"Angsten zijn er om overwonnen te worden, zou jij ook eens wat werk van moeten maken...En laat me door!"
Learco zette zuchtend een stap opzij en snel rende Louise weg. Zij was begonnen met praten.
"Nog zo laat op pad, broer? Lang geleden dat ik jou heb gezien", zei Louise.
"Spreek voor jezelf. Volgens mij maken mama en papa zich ongerust over hun oh-zo perfecte dochter",
"Ik ben vierentwintig. Jij was zestien toen jij vroeger continu nergens te bekennen was",
"Ik ben niet zo onafhankelijk van mammie en pappie. Je bent trouwens nat...? Ik dacht dat ons angsthaasje van de familie bang was voor water",
"Angsten zijn er om overwonnen te worden, zou jij ook eens wat werk van moeten maken...En laat me door!"
Learco zette zuchtend een stap opzij en snel rende Louise weg. Zij was begonnen met praten.
Even later ging hij weg van het eiland, nu echt naar de woonboot. Hij probeerde te slapen, lukte niet. Zeker niet met Acropora die onder hem lag te slapen. Dus ging hij naar buiten, naar de pas geïnstalleerde bar en begon met het door elkaar mixen van allerlei soorten dranken.
Het werd al snel licht en ontsnappen aan Acropora kon hij dus niet. "Je zei dat je naar de woonboot was...Maar je was er niet. Waar was je de hele avond en nacht?"
Het werd al snel licht en ontsnappen aan Acropora kon hij dus niet. "Je zei dat je naar de woonboot was...Maar je was er niet. Waar was je de hele avond en nacht?"
"Overal en nergens", antwoordde hij. Met een overduidelijk 'Laat me met rust'-gebaar begon hij met het bekertje te schudden.
"Zeg me wat er is. Ik woon al een tijdje bij je, ik zie het wanneer er iets is",
"Ga weg. Het is niks. Ik heb gewoon wat rondgehangen, oké? Jij bent nog erger dan mijn ouders",
"Ouders die ik nog nooit ontmoet heb. Die jij dus al een hele tijd niet meer gezien hebt",
"En met een reden...",
"Learco...Ach, laat me raden, je bent gisteren een van hen tegengekomen?"
"Hoe kan je het raden? Het was mijn zus, de eeuwige bemoeial en het perfecte kind",
"Ik wist niet eens dat je een zus had..."
De blik die ze hem toen toegooide zei genoeg. Ze stond op en ging terug naar binnen, Learco in al zijn verwarring achterlatend.
"Zeg me wat er is. Ik woon al een tijdje bij je, ik zie het wanneer er iets is",
"Ga weg. Het is niks. Ik heb gewoon wat rondgehangen, oké? Jij bent nog erger dan mijn ouders",
"Ouders die ik nog nooit ontmoet heb. Die jij dus al een hele tijd niet meer gezien hebt",
"En met een reden...",
"Learco...Ach, laat me raden, je bent gisteren een van hen tegengekomen?"
"Hoe kan je het raden? Het was mijn zus, de eeuwige bemoeial en het perfecte kind",
"Ik wist niet eens dat je een zus had..."
De blik die ze hem toen toegooide zei genoeg. Ze stond op en ging terug naar binnen, Learco in al zijn verwarring achterlatend.
Met Dendronephtya ging het vrij goed. Ze ging nu naar school, waar ze wonder boven wonder niet gepest werd - wat erg opvallend is aangezien ze toch wel het perfecte doelwit zou zijn - voornamelijk omdat ze simpelweg een erg assertief meisje is. "Ja, Learco si mijn papa niet. Hij heeft me geadopteerd, hij heeft voor mij gekozen, jouw ouders zitten met een bullebak als jou opgescheept", zei ze snel en wandelde toen verder, een boek bovenhalend dat ze in haar boekentas had gestoken. Ze had geen vrienden nodig, zeker niet als het zo'n idioten waren.
Ja, ze besefte maar al te goed dat Learco haar vader niet was en mama Acropora had het haar ook al snel gezegd, op een moment dat ze het al door had. "Logisch toch? Hij heeft bruin haar, groene ogen en is lichtbruin, ik ben paars, heb blauw haar en gele ogen. Maar ik hou van hem, hij is mijn papa voor mij", op een moment dat nog steeds verwarde Learco dat niet hoorde. Hij had het moeten horen. Daarna pakte ze gewoon wat speelgoed en liet zich gaan in haar eigen fantasiewereld. Aan fantasie had ze alvast geen gebrek.
Ja, ze besefte maar al te goed dat Learco haar vader niet was en mama Acropora had het haar ook al snel gezegd, op een moment dat ze het al door had. "Logisch toch? Hij heeft bruin haar, groene ogen en is lichtbruin, ik ben paars, heb blauw haar en gele ogen. Maar ik hou van hem, hij is mijn papa voor mij", op een moment dat nog steeds verwarde Learco dat niet hoorde. Hij had het moeten horen. Daarna pakte ze gewoon wat speelgoed en liet zich gaan in haar eigen fantasiewereld. Aan fantasie had ze alvast geen gebrek.
Ze droomde dat 'papa' en mama ooit echt een koppel zouden zijn en trouwen, dat wel. Maar ze had al gemerkt dat dat niet helemaal werkte. Soms stonden ze te zoenen en "Ugh, zo vies!" dacht ze dan, om vijf minuten later een vlammende ruzie te hebben. Dat vond Dendronephtya niet leuker.
Misschien kwam er daar dan toch eens verandering in? Op een dag stond er iemand voor de deur. Ze leek erg jong en was prachtig, maar ze wist dat ze veel ouder was maar om een reden waar Learco nooit verder op inging was ze zo jong. Ze was zijn moeder, Aoife, eigenlijk een beetje haar oma. De prachtigste vrouw die ze kende en mama liep meteen naar haar toe. "Jij bent dus Acropora, de minnares van mijn zoon", zei ze met een stem die erg raar klonk bij haar mooie gezicht. "Ook al woon je op een woonboot die over de oceaan drijft, een Alfredo is nooit vrij van paparazzi. Dus, een zeemeermin...Mag ik binnenkomen?"
Acropora deed onderdanig alsof Aoife de koningin was de deur open.
Misschien kwam er daar dan toch eens verandering in? Op een dag stond er iemand voor de deur. Ze leek erg jong en was prachtig, maar ze wist dat ze veel ouder was maar om een reden waar Learco nooit verder op inging was ze zo jong. Ze was zijn moeder, Aoife, eigenlijk een beetje haar oma. De prachtigste vrouw die ze kende en mama liep meteen naar haar toe. "Jij bent dus Acropora, de minnares van mijn zoon", zei ze met een stem die erg raar klonk bij haar mooie gezicht. "Ook al woon je op een woonboot die over de oceaan drijft, een Alfredo is nooit vrij van paparazzi. Dus, een zeemeermin...Mag ik binnenkomen?"
Acropora deed onderdanig alsof Aoife de koningin was de deur open.
"Ma?! Wat doe jij hier?" Aoife was binnengekomen en ging meteen naar de voorkant van de boot, waar Learco achter het roer stond.
"Och, jongen, na zesentwintig jaar weet ik wel al mijn trucjes om je te vinden",
"Doe daar maar een paar jaar af, je was een tijdje dood", corrigeerde Learco korzelig en concentreerde zich terug op de zee voor hem.
"Dus, je hebt een vriendin? Een zeemeermin dan nog, en niet van de onopvallende soort...Waarom komen jullie nooit in het openbaar? Iedereen wilt het zien: De einzelgänger en de zeemeermin, het vreemdste koppel van de eilanden",
"Zwijg, wat doe je hier? Waarom nu? Het is midden in de nacht, je bent hier niet welkom",
"Midden in de nacht? Weet ik, maar ik ben blijkbaar niet de enige nachtuil...Maar oké, dan ga ik wel",
"Och, jongen, na zesentwintig jaar weet ik wel al mijn trucjes om je te vinden",
"Doe daar maar een paar jaar af, je was een tijdje dood", corrigeerde Learco korzelig en concentreerde zich terug op de zee voor hem.
"Dus, je hebt een vriendin? Een zeemeermin dan nog, en niet van de onopvallende soort...Waarom komen jullie nooit in het openbaar? Iedereen wilt het zien: De einzelgänger en de zeemeermin, het vreemdste koppel van de eilanden",
"Zwijg, wat doe je hier? Waarom nu? Het is midden in de nacht, je bent hier niet welkom",
"Midden in de nacht? Weet ik, maar ik ben blijkbaar niet de enige nachtuil...Maar oké, dan ga ik wel",
"Nee, wacht, ja, ik en deze charmante zeemeermin hier, Acropora, hebben een relatie. Ze is de moeder van....Euhm...Violet. Die eigenlijk Dendronephtya noemt. Nu blij? Louise geeft je misschien niet als enige kans op kleinkinderen",
Beide vrouwen keken hem meteen aan. Acropora verbaasd, Aoife achterdochtig.
"Learco, wat zeg je nu? Je meent dat toch niet? Leuk..."
"Shht, Acropora, je bent mijn vriendin, begrepen?" Acropora zweeg al. Ze vond het leuk, zelfs als het vrij nep was. "Oké dan...Ik ga Dendronephtya zeggen dat ze naar bed moet en dan ook zelf gaan slapen, dag, schat van me", Learco glimlachte naar zijn dan toch officiële 'vriendin'. Hij kon door de grond zinken van schaamte.
Beide vrouwen keken hem meteen aan. Acropora verbaasd, Aoife achterdochtig.
"Learco, wat zeg je nu? Je meent dat toch niet? Leuk..."
"Shht, Acropora, je bent mijn vriendin, begrepen?" Acropora zweeg al. Ze vond het leuk, zelfs als het vrij nep was. "Oké dan...Ik ga Dendronephtya zeggen dat ze naar bed moet en dan ook zelf gaan slapen, dag, schat van me", Learco glimlachte naar zijn dan toch officiële 'vriendin'. Hij kon door de grond zinken van schaamte.
"Je liegt", beschuldigde Aoife meteen. "Je bent daar nooit goed in geweest. Logisch, als je niet leert met mensen om te gaan kan je ook niet leren tegen hen te liegen. Dus, mijn 'toekomstige schoondochter' is dus een zeemeermin, en niet zomaar eentje...Ik lees de krant ook jongen, en die moordzaak volg ik op de voet. Laat me even duidelijk zijn: nee, ze hebben de dader nog niet.
Hoewel jouw Acropora vrij verdacht is", Learco keek beschaamd naar zijn voeten. Dat heel het dorp Acropora - die amper in het openbaar kwam - vies aankeek, daar kon hij mee leven. maar zijn eigen moeder...
Hoewel jouw Acropora vrij verdacht is", Learco keek beschaamd naar zijn voeten. Dat heel het dorp Acropora - die amper in het openbaar kwam - vies aankeek, daar kon hij mee leven. maar zijn eigen moeder...
"Denk je nu echt dat ik zo blind ben? Ik heb het haar gevraagd, haar ermee geconfronteerd, en ze zei nee. En ik geloof haar. Ik hou echt van haar, denk ik..."
"Moet wel, ik weet even niks anders dan liefde wat je blind kan maken."
Learco zuchtte. "Alsjeblieft, geloof me. Je bent toch mijn moeder? Ik ga nooit maar dan ook nooit iets hebben met een moordenares, echt waar",
"Nee, dat ben ik niet", zei Aoife kordaat. Learco kreeg een schok door zich heen. Hij kon gewoon niet geloven dat ze dat had gezegd.
"Dat zeg jij, dat heb je me al honderden keren gezegd. En ik heb me erbij neergelegd, nu blij? Als jij maar niet kan accepteren dat ik, je moeder, levend en wel voor je sta, dan moet ik me daar maar bij neerleggen."
"Zo voelt dat dus, zo opzij gezet worden...", mompelde Learco bijna onhoorbaar. Aoife hoorde het toch. "Inderdaad, zo voelt dat, iemand die wel eens veel voor je betekent die zomaar zegt dat ze je moeder niet is. Of in mijn geval meer dan de laatste tien jaar, mijn zoon. Mij maakt het niks uit wat je met die zeemeermin aanvangt, maar ik vertrouw haar voor geen haar, moest je dat iets interesseren",
"Moet wel, ik weet even niks anders dan liefde wat je blind kan maken."
Learco zuchtte. "Alsjeblieft, geloof me. Je bent toch mijn moeder? Ik ga nooit maar dan ook nooit iets hebben met een moordenares, echt waar",
"Nee, dat ben ik niet", zei Aoife kordaat. Learco kreeg een schok door zich heen. Hij kon gewoon niet geloven dat ze dat had gezegd.
"Dat zeg jij, dat heb je me al honderden keren gezegd. En ik heb me erbij neergelegd, nu blij? Als jij maar niet kan accepteren dat ik, je moeder, levend en wel voor je sta, dan moet ik me daar maar bij neerleggen."
"Zo voelt dat dus, zo opzij gezet worden...", mompelde Learco bijna onhoorbaar. Aoife hoorde het toch. "Inderdaad, zo voelt dat, iemand die wel eens veel voor je betekent die zomaar zegt dat ze je moeder niet is. Of in mijn geval meer dan de laatste tien jaar, mijn zoon. Mij maakt het niks uit wat je met die zeemeermin aanvangt, maar ik vertrouw haar voor geen haar, moest je dat iets interesseren",
Aoife wandelde met een gemaakte trots de kamer uit, naar buiten. Nog een drietal minuten bleef Learco helemaal verstomd en in gedachten verzonken staan. "Zo voelt dat dus..." "Zo voelt dat dus..." zei hij onophoudelijk tegen zichzelf.
"Wat moeten wij toch met jou aanvangen? Niks kan je schelen, niks. Als we je huisarrest geven loop je alsnog weg en als we het niet doen dreig je dagenlang wie weet waar te zitten. Ik ben je moeder, Learco. Gabriel je vader en Louise je zus. Maar nu lijken ik en je vader maar een kind te hebben en jij bent gewoon die jongen die amper tegen ons praat en af en toe komt slapen of wat fruitsap uit de koelkast neemt."
"Hoe lang is het geleden dat wij nog een normaal gesprek hadden? Hoelang is het geleden dat ik gewoon vroeg hoe je dag was en jij me elk klein detail vertelde? Ik...Ik herinner me het niet meer. Mijn zoon is als een vreemde voor me en dat wil ik niet. Ik wil gewoon je moeder zijn, alsjeblieft, praat gewoon tegen me!"
"Nee, nee! Als je echt mijn moeder wilt zijn moest je maar niet sterven!"
Die discussie moest al zo'n tien jaar geleden zijn, maar hij herinnerde zich elk woord nog perfect... Nu pas zag hij de ernst ervan in.
Nood aan een frisse duik trok hij zijn duikpak aan - het retroduikpak, het modernere vond hij niet meteen - en sprong in het water, in de hoop alles even te vergeten en tussen de prachtige vissen te zwemmen.
Die vissen waren nergens te bekennen, hij vergat helemaal niks en met pijn in zijn hart zwom hij terug naar het wateroppervlak.
Een onrustige nacht tegemoet.
"Wat moeten wij toch met jou aanvangen? Niks kan je schelen, niks. Als we je huisarrest geven loop je alsnog weg en als we het niet doen dreig je dagenlang wie weet waar te zitten. Ik ben je moeder, Learco. Gabriel je vader en Louise je zus. Maar nu lijken ik en je vader maar een kind te hebben en jij bent gewoon die jongen die amper tegen ons praat en af en toe komt slapen of wat fruitsap uit de koelkast neemt."
"Hoe lang is het geleden dat wij nog een normaal gesprek hadden? Hoelang is het geleden dat ik gewoon vroeg hoe je dag was en jij me elk klein detail vertelde? Ik...Ik herinner me het niet meer. Mijn zoon is als een vreemde voor me en dat wil ik niet. Ik wil gewoon je moeder zijn, alsjeblieft, praat gewoon tegen me!"
"Nee, nee! Als je echt mijn moeder wilt zijn moest je maar niet sterven!"
Die discussie moest al zo'n tien jaar geleden zijn, maar hij herinnerde zich elk woord nog perfect... Nu pas zag hij de ernst ervan in.
Nood aan een frisse duik trok hij zijn duikpak aan - het retroduikpak, het modernere vond hij niet meteen - en sprong in het water, in de hoop alles even te vergeten en tussen de prachtige vissen te zwemmen.
Die vissen waren nergens te bekennen, hij vergat helemaal niks en met pijn in zijn hart zwom hij terug naar het wateroppervlak.
Een onrustige nacht tegemoet.