Deel 17: Rouw
Aoife wou niet dood gaan. Ze wou leven, ze wou Gabriel en de tweeling niet op zo'n verschrikkelijke manier achterlaten.
Ze wou dit niet. Ze besefte het echter pas wanneer het al te laat was. Ze voelde haar hart niet meer kloppen, ze hoorde de lucht door haar lichaam waaien en zijzelf was slechts een schim; een vage, lichtbruine schim met lichtgevende ogen en pikzwart haar. Haar eigen uiterlijk dat ze verafschuwde.
Ze viel neer op haar knieën en smeekte. Ze smeekte, ze smeekte en bleef smeken met alle wanhoop van de wereld. "Alsjeblieft! Geef me mijn leven terug! Alsjeblieft neem me niet weg van Gabriel en Learco en Louise!" maar de dood was in als zijn kwaadaardigheid onvermoeibaar. Ze zal sterven, haar lot was al besloten.
Ze wou dit niet. Ze besefte het echter pas wanneer het al te laat was. Ze voelde haar hart niet meer kloppen, ze hoorde de lucht door haar lichaam waaien en zijzelf was slechts een schim; een vage, lichtbruine schim met lichtgevende ogen en pikzwart haar. Haar eigen uiterlijk dat ze verafschuwde.
Ze viel neer op haar knieën en smeekte. Ze smeekte, ze smeekte en bleef smeken met alle wanhoop van de wereld. "Alsjeblieft! Geef me mijn leven terug! Alsjeblieft neem me niet weg van Gabriel en Learco en Louise!" maar de dood was in als zijn kwaadaardigheid onvermoeibaar. Ze zal sterven, haar lot was al besloten.
Met wangen die nat waren van de tranen en angstige ogen kwamen de kinderen aangerend. Ze hadden het al ongeveer door en Gabriel, die inmiddels buiten stond, werd overspoeld door vragen. "Wat is er gebeurd?" vroeg Learco, waarna Louise vervolgde met: "Wat zei ze allemaal?"
Gabriel wist niet wat te zeggen. Hij kon alleen maar naar de grafsteen die de vloer in beslag nam staren, en denken aan de vage schim die Aoife was. En zijn belofte, die hij hoe dan ook zal nakomen. Hoe was de vraag.
Ook Millard was naar buiten gegaan. Hij huilde ook en had nog steeds zijn werkkleding aan. "Het spijt me, Gabriel. Vloek van de mummie...Ik had haar nooit mogen verbannen",
Gabriel wist niet wat te zeggen. Hij kon alleen maar naar de grafsteen die de vloer in beslag nam staren, en denken aan de vage schim die Aoife was. En zijn belofte, die hij hoe dan ook zal nakomen. Hoe was de vraag.
Ook Millard was naar buiten gegaan. Hij huilde ook en had nog steeds zijn werkkleding aan. "Het spijt me, Gabriel. Vloek van de mummie...Ik had haar nooit mogen verbannen",
Millard wist dat het, al dan niet rechtstreeks, zijn schuld was: als hij haar nooit had verbannen was zij nooit vervloekt geweest. Gabriel wist dat ook en een simpele "sorry" hielp hem niet te beseffen dat dit allesbehalve Millard's bedoeling was. Millard hield van zijn zus. Ze was altijd zijn steunpilaar geweest wanneer hij weeral iets stoms had gedaan. Gabriel dacht er spijtig genoeg anders over en liet dat ook duidelijk blijken. "Inderdaad! Als meneer de mislukte tovenaar hier gewoon nooit een stap had binnen gezet leefde Aoife nu nog! Was Aoife gewoon naast me en gelukkig! Ik weet niet hoe Learco en Louise zullen reageren als ze horen dat oom Millard de schuld is dat ze half verweesd zijn!"
"Gabriel, ik kon er niks aan doen..."
"Als je hier nog een stap binnen zet zal je dat niet meer kunnen",
Gabriel draaide zich om en gooide snikkend de deur toe. Hij had gelijk: het was de schuld van die mislukte tovenaar, of wat hij ook mocht zijn.
"Gabriel, ik kon er niks aan doen..."
"Als je hier nog een stap binnen zet zal je dat niet meer kunnen",
Gabriel draaide zich om en gooide snikkend de deur toe. Hij had gelijk: het was de schuld van die mislukte tovenaar, of wat hij ook mocht zijn.
Gelukkig voor Millard kroop Gabriel niet veel later, nog steeds huilend, in bed. Sinds exact zeven jaar voor het eerst zonder Aoife naast hem. De kinderen volgden niet veel later het voorbeeld van hun vader.
Millard bleef buiten stokstijf staan en wachtte tot dat iedereen sliep. Wanneer zijn schoonbroer, neefje en nichtje zich uiteindelijk in slaap gehuild hadden genoot hij van de rustige, triestige sfeer om de benen te nemen en zo snel mogelijk naar het huis van Astryd te zweven.
Ze bleek helderziende en stond hem zo goed als op te wachten, ondanks het middernacht was. Alle drie de kinderen bleken ook nog wakker. "Hallo Millard", zei ze met de eentonige, intonatieloze stem die ze had. "Ik hoopte dat je nog eens zou komen...Ik heb namelijk nieuws",
Millard was een en al oor.
Ze vertelde veel, erg veel. Onder andere dat ze hem vanaf het begin, bijna toch, al geloofd had: ze wist dat hij abnormaal was en ze wist ook wat hij was. "Ik heb geen vrienden, Millard. Ik ging niet 'iets gaan drinken' de talloze keren dat ik je vroeg te komen oppassen. Nee, ik zocht deze eilandengroep en alle eilanden er rond af naar informatie. Het was moeilijk, maar ik heb het uiteindelijk gevonden en dit zal als een grote verlossing klinken: je bent een djinn",
Ze bleek helderziende en stond hem zo goed als op te wachten, ondanks het middernacht was. Alle drie de kinderen bleken ook nog wakker. "Hallo Millard", zei ze met de eentonige, intonatieloze stem die ze had. "Ik hoopte dat je nog eens zou komen...Ik heb namelijk nieuws",
Millard was een en al oor.
Ze vertelde veel, erg veel. Onder andere dat ze hem vanaf het begin, bijna toch, al geloofd had: ze wist dat hij abnormaal was en ze wist ook wat hij was. "Ik heb geen vrienden, Millard. Ik ging niet 'iets gaan drinken' de talloze keren dat ik je vroeg te komen oppassen. Nee, ik zocht deze eilandengroep en alle eilanden er rond af naar informatie. Het was moeilijk, maar ik heb het uiteindelijk gevonden en dit zal als een grote verlossing klinken: je bent een djinn",
Djinn. D- j - i - n - n, djinn. Millard mompelde dat woord een paar keer, ontleedde de schrijfwijze en staarde zijn ex verbaasd aan. Een djinn. Dat was hij dus. Geen soort van mislukte tovenaar zoals velen het vrij cru zeiden, een djinn. Hij was wel degelijk iets echt en daar was hij blij om.
"Waarom?"
Astryd, die ondertussen het aanrecht was aan het kuisen, schrok en op en keek hem aan. "Ja, ik weet het. Ik heb gelogen tegen jou, ik kwetste je zelf. Maar ik wou het zelf doen, zonder jouw hulp, ook omdat ik nog steeds bang van je was",
"Ik wou weten van twee van mijn kinderen zijn. Ik ben niet zoals jouw ouders, ik besef wel dat er door de huidige maatschappij niet veel goeds van komt als ze niet in een hokje geduwd worden, wat uiteraard erg spijtig is",
Twee van haar kinderen. Twee van zijn kinderen dus. De gedachte dat hij, ondanks hun uiterlijk dat het tegendeel doet vermoeden, zijn genen toch goed heeft kunnen doorgeven, deed hem het feit dat ze zonder enige twijfel zijn ouders heeft beledigd vergeten.
"Wie?"
Astryd maakte een klein gebaar naar Ella en Michael, die een eindje verder stonden, waarop de kinderen begonnen te tonen wat ze in hun mars hadden: Ella toverde ananas tevoorschijn en Michael leek plots juist gewassen.
"Hebben?" vroeg zijn dochter meteen, die het kennelijk enkel had getoverd om het te toveren. "Papa kan dat zelf", zei Michael meteen. Hij kon het inderdaad zelf. "Weet je nog meer?"
"Nee", antwoordde Astryd, "Waarvoor kwam je eigenlijk?"
"Niks", zei Millard en liep toen weg. Naar de bibliotheek.
"Waarom?"
Astryd, die ondertussen het aanrecht was aan het kuisen, schrok en op en keek hem aan. "Ja, ik weet het. Ik heb gelogen tegen jou, ik kwetste je zelf. Maar ik wou het zelf doen, zonder jouw hulp, ook omdat ik nog steeds bang van je was",
"Ik wou weten van twee van mijn kinderen zijn. Ik ben niet zoals jouw ouders, ik besef wel dat er door de huidige maatschappij niet veel goeds van komt als ze niet in een hokje geduwd worden, wat uiteraard erg spijtig is",
Twee van haar kinderen. Twee van zijn kinderen dus. De gedachte dat hij, ondanks hun uiterlijk dat het tegendeel doet vermoeden, zijn genen toch goed heeft kunnen doorgeven, deed hem het feit dat ze zonder enige twijfel zijn ouders heeft beledigd vergeten.
"Wie?"
Astryd maakte een klein gebaar naar Ella en Michael, die een eindje verder stonden, waarop de kinderen begonnen te tonen wat ze in hun mars hadden: Ella toverde ananas tevoorschijn en Michael leek plots juist gewassen.
"Hebben?" vroeg zijn dochter meteen, die het kennelijk enkel had getoverd om het te toveren. "Papa kan dat zelf", zei Michael meteen. Hij kon het inderdaad zelf. "Weet je nog meer?"
"Nee", antwoordde Astryd, "Waarvoor kwam je eigenlijk?"
"Niks", zei Millard en liep toen weg. Naar de bibliotheek.
Daar was hij vanaf die nacht continu te vinden. Eerst enkel de stadsbibliotheek, later ook kleinere exemplaren en luizige winkeltjes voor ongure, bovennatuurlijke types, archieven en een heel pak andere plekken. Als er maar wat te lezen viel.
Gelukkig kreeg hij hulp. Net zoals toen Gabriel en Aoife in Egypte zaten ging Josine met hem mee naar alle boekenwinkels en zocht tussen de stoffige boeken naar informatie over haar zoon's soort. Al vrij snel begon de vraag op te dagen waar Astryd in hemelsnaam die informatie had gevonden: in een straal van vijftig kilometer bleek geen woord over het wezen 'djinn' te bekennen.
"Ik heb geen zin om heel de wereld af te zoeken", mopperde Josine. "Het is voor Aoife mama, misschien vinden we wel iets interessant", antwoordde Millard dan en Josine zweeg al snel terug, zij wou ook graag haar dochter terug.
Gelukkig kreeg hij hulp. Net zoals toen Gabriel en Aoife in Egypte zaten ging Josine met hem mee naar alle boekenwinkels en zocht tussen de stoffige boeken naar informatie over haar zoon's soort. Al vrij snel begon de vraag op te dagen waar Astryd in hemelsnaam die informatie had gevonden: in een straal van vijftig kilometer bleek geen woord over het wezen 'djinn' te bekennen.
"Ik heb geen zin om heel de wereld af te zoeken", mopperde Josine. "Het is voor Aoife mama, misschien vinden we wel iets interessant", antwoordde Millard dan en Josine zweeg al snel terug, zij wou ook graag haar dochter terug.
De eerste dagen na Aoife's dood waren enorm vermoeiend voor Gabriel. Hij bleef het in zijn gedachten steken dat het niet alleen Millard's schuld was, maar ook zijn schuld: hij had haar beter in de gaten moeten houden. Hij wist dat ze een wrak was wanneer hij haar terugvond en helemaal niet in staat was snel weg te lopen, laat staan het tegen een mummie op te nemen. Hij had hoor moeten beschermen en het verschrikkelijke wezen dat hen dit had aangedaan nog doder moeten maken dan het al was. Het grootste verschil tussen hem en Aoife was dat Aoife enorm impulsief en dapper was, zij had dat inderdaad gedaan voor hem. Hij was weggevlucht en was snel naar boven gegaan.
Hij kon zichzelf niet tegenhouden daaraan te denken en zichzelf te blijven pijnigen. Ondanks het advies van Aoife's familie sloot hij zichzelf de hele tijd op in huis en staarde urenlang naar de talloze foto's die hij van haar heeft gemaakt, de schatten die ze samen hebben gevonden en stofte hij met betraande ogen haar muziekinstrumenten af. Voornamelijk haar piano, een van de voorwerpen die ze als laatste had aangeraakt, petste hij alsof het kostbaar kristal was. Ook haar mand om slangen te bezweren moest geloven aan zijn verdriet. De slang was al lang ontsnapt, dus kocht hij een nieuwe en deed wat Aoife de dagen na hun hereniging continu gedaan had.
Hij kon zichzelf niet tegenhouden daaraan te denken en zichzelf te blijven pijnigen. Ondanks het advies van Aoife's familie sloot hij zichzelf de hele tijd op in huis en staarde urenlang naar de talloze foto's die hij van haar heeft gemaakt, de schatten die ze samen hebben gevonden en stofte hij met betraande ogen haar muziekinstrumenten af. Voornamelijk haar piano, een van de voorwerpen die ze als laatste had aangeraakt, petste hij alsof het kostbaar kristal was. Ook haar mand om slangen te bezweren moest geloven aan zijn verdriet. De slang was al lang ontsnapt, dus kocht hij een nieuwe en deed wat Aoife de dagen na hun hereniging continu gedaan had.
Met de kinderen ging het...Oké. De leerkrachten op school waren op de hoogte van de situatie: hun al jarenlange depressieve moeder was onverwacht gestorven en hun vader was even lusteloos als hun moeder vlak voor haar dood. Ze gaven meer dan een keek hun eten af aan de zevenjarige tweeling die weeral geen eten hadden meegekregen naar school.
Gelukkig hadden Learco en Louise een hechte band. Het gekibbel tussen hen van toen Aoife nog leefde was vervangen door diepgaande gesprekken en op elkaar's schouders uithuilen. Ze zorgden er voor dat ze elke ochtend op tijd klaar waren wanneer hun vader juist sliep na een hele nacht piekeren en hielpen elkaar waar nodig.
Gelukkig hadden Learco en Louise een hechte band. Het gekibbel tussen hen van toen Aoife nog leefde was vervangen door diepgaande gesprekken en op elkaar's schouders uithuilen. Ze zorgden er voor dat ze elke ochtend op tijd klaar waren wanneer hun vader juist sliep na een hele nacht piekeren en hielpen elkaar waar nodig.
Achter een tijdje waren de twee zo aan de afwezigheid van hun ouders gewend. Ze werden om zeven uur wakker, wasten zich, aten snel een potje yoghurt en wachten toen op de taxi die hen naar het eiland zou brengen waar de schoolbus stond. Op school waren ze de meest brave leerlingen die er waren en 's avonds maakten ze braaf hun huiswerk, waarna ze zich toelegden op schilderen, schaken, met de blokken spelen of tv kijken.
Zo gingen er maanden voorbij. De hevige huilbuien en rouw maakten plaats voor stil verdriet en missen en zo werd het wrak dat Gabriel op een bepaald moment was ook leefbaarder: hij ging op een deftig uur gaan slapen en stond op een deftig uur op, op tijd om zijn kinderen gedag te zeggen voor een schooldag. Hij hield zich dan de hele dag bezig met lezen op het terras, schilderen op het balkon of tv kijken in de woonkamer en maakte 's avonds een verse kom salade voor zijn kinderen. Geen opgewarmde restjes meer van wie weet hoe oud.
Het beste: Millard had in heel die tijd geen voet binnen gezet. Tot een bepaalde dag, een dag waarmee hij met opmerkelijk nieuws kwam aandraven.
"Wat is dat? Het is hier onrealistisch proper, en die lichtjes..." Gabriel kwam de keuken uitgewandeld met een bord salade en werd meteen geconfronteerd met Millard, die ongeduldig met zijn voeten stond te trappelen. "Een bedankje kan er ook wel af, het was hier net een vuilnisbelt",
"Wat wil je?" bromde Gabriel.
"Jou. Jij moet me helpen",
"Ik help geen mislukte tovenaars die hun zussen naar tombes verbannen",
"Spijtig genoeg ben ik geen mislukte tovenaar, ik ben een djinn, je zal me dus wel degelijk moeten helpen. Er is een manier om Aoife tot leven te wekken",
Gabriel liet zijn bord salade abrupt op de grond vallen en beval Louise weg te gaan wat het meisje meteen deed.
Het beste: Millard had in heel die tijd geen voet binnen gezet. Tot een bepaalde dag, een dag waarmee hij met opmerkelijk nieuws kwam aandraven.
"Wat is dat? Het is hier onrealistisch proper, en die lichtjes..." Gabriel kwam de keuken uitgewandeld met een bord salade en werd meteen geconfronteerd met Millard, die ongeduldig met zijn voeten stond te trappelen. "Een bedankje kan er ook wel af, het was hier net een vuilnisbelt",
"Wat wil je?" bromde Gabriel.
"Jou. Jij moet me helpen",
"Ik help geen mislukte tovenaars die hun zussen naar tombes verbannen",
"Spijtig genoeg ben ik geen mislukte tovenaar, ik ben een djinn, je zal me dus wel degelijk moeten helpen. Er is een manier om Aoife tot leven te wekken",
Gabriel liet zijn bord salade abrupt op de grond vallen en beval Louise weg te gaan wat het meisje meteen deed.
"De avond dat ze stierf ben ik zodra jij sliep naar Astryd gegaan, gewoon om het ergens kwijt te kunnen en in de hoop daar te mogen blijven slapen, hier was dat overduidelijk onmogelijk",
Millard vroeg gebarend of hij mocht gaan zitten, Gabriel knikte en deed hetzelfde.
"Ze vertelde dat ze al jarenlang, zonder mij er iets over te vertellen, al was aan het opzoeken wat mogelijk, uiteindelijk Ella en Michael, waren. Wat ook ik ben. Ze zei dat ik een djinn was. Nog nooit van gehoord natuurlijk, maar daarna meer en meer. Dat is nu een paar maanden geleden",
"Wat? Wat heb je gevonden?" Gabriel kon niet langer wachten. Hij wou gewoon weten wat Millard had gevonden en wat hij ervoor moest doen. Hij was zijn belofte namelijk nog niet vergeten, hij had gewoon niks gevonden. Nu dat Millard plots met dé mogelijke oplossing kwam wou hij die weten.
"Niet veel. Enkel een vaag stukje tekst over iets dat de dromen doet uitkomen en mogelijk leven geeft, in de catacomben. De catacomben op kerkhoven",
Gabriel's enthousiasme veranderde naar teleurstelling."Is dat het?"
"Eh ja, en 'dat' is veel, als we leven geven letterlijk mogen nemen",
"Waar wachten we nog op? Ik wil naar het kerkhof, nu",
Gabriel stond op, schoof uit over zijn gevallen bord sla, kwam meteen terug recht, ging naar buiten en stapte in de eerste beste taxiboot naar het kerkhof.
Millard vroeg gebarend of hij mocht gaan zitten, Gabriel knikte en deed hetzelfde.
"Ze vertelde dat ze al jarenlang, zonder mij er iets over te vertellen, al was aan het opzoeken wat mogelijk, uiteindelijk Ella en Michael, waren. Wat ook ik ben. Ze zei dat ik een djinn was. Nog nooit van gehoord natuurlijk, maar daarna meer en meer. Dat is nu een paar maanden geleden",
"Wat? Wat heb je gevonden?" Gabriel kon niet langer wachten. Hij wou gewoon weten wat Millard had gevonden en wat hij ervoor moest doen. Hij was zijn belofte namelijk nog niet vergeten, hij had gewoon niks gevonden. Nu dat Millard plots met dé mogelijke oplossing kwam wou hij die weten.
"Niet veel. Enkel een vaag stukje tekst over iets dat de dromen doet uitkomen en mogelijk leven geeft, in de catacomben. De catacomben op kerkhoven",
Gabriel's enthousiasme veranderde naar teleurstelling."Is dat het?"
"Eh ja, en 'dat' is veel, als we leven geven letterlijk mogen nemen",
"Waar wachten we nog op? Ik wil naar het kerkhof, nu",
Gabriel stond op, schoof uit over zijn gevallen bord sla, kwam meteen terug recht, ging naar buiten en stapte in de eerste beste taxiboot naar het kerkhof.
Millard was blij dat Gabriel hem niet was beginnen aanvallen en deed hetzelfde. Niet veel later waren de mannen op het kerkhof waar ze het kleine, oude gebouwtje binnen wandelden en samen elke kier begon te verkennen.
Ze vonden onder andere een stapel diamanten, een paar onbekende zaden, moesten elk een lok haar afgeven aan een spook, werden bijna opgegeten door een catacombenbeer ("Een beer, hier?") en kwamen verschroeid terug naar buiten.
Dit zouden ze vanaf dan elke dag doen.
Ze vonden onder andere een stapel diamanten, een paar onbekende zaden, moesten elk een lok haar afgeven aan een spook, werden bijna opgegeten door een catacombenbeer ("Een beer, hier?") en kwamen verschroeid terug naar buiten.
Dit zouden ze vanaf dan elke dag doen.